Participatie is een belangrijke doelstelling in de jeugdhulp. Ook in het opstellen en uitvoeren van een gezondheidsbeleid.

Betrek iedereen

Jongeren en hun ouders/nabije context zijn belangrijke stemmen bij het uitbouwen van een gezondheidsbeleid. Hun kijk is vaak verfrissend en dwingt je stil te staan bij hun dagelijkse realiteit.

“Elke ochtend vragen de begeleiders ons welke koek we mee willen naar school. Waarom vragen ze ons niet gewoon welk stuk fruit we mee willen nemen?”
(jongere, 15 jaar, lid van de werkgroep binnen Organisatie in de bijzondere jeugdzorg)

Dit zeggen we wel onder voorbehoud. Er zijn enkele voorwaarden voor deze participatie. Kinderen en hun context mogen hiertoe niet verplicht worden, er moet iets met hun input gedaan worden en het stopt niet ze hun zegje mochten doen. Als je niet aan deze voorwaarden kan voldoen, denk dan even na voor je hen uitnodigt en dit traject aanvat.

Hoe?

Toets acties af bij ouders tijdens onthaalmomenten en begeleidingsgesprekken, vraag de kinderen hun mening ’s avonds eens tijdens het eten of op een IB-moment. Koppel deze zaken terug naar de werkgroep, zodat hun meningen, gevoelens en voorstellen impact hebben.

Inspiratie en praktische handvaten vind je in het Participatiekompas jeugdhulp. Het werd ontwikkeld vanuit de praktijk, in samenspraak met verschillende actoren en partners in de jeugdhulpverlening.

Voor de stem van het jonge kind kan je inzichten opdoen uit het panda+ project van Opgroeien.

Waarom?

  • Ideeën worden meteen afgetoetst of door hen zelf voorgesteld. De acties zullen daardoor op maat zijn en je leert meteen de interesses, attitudes en mogelijke weerstanden van een aantal jongeren kennen.
  • Het is een goede manier om te streven naar acties die aansluiten op de leefwereld van de jongeren, rekening houdend met de betekenissen die de jongeren geven aan gezondheid en gezondheidsgedragingen.
  • De gedragenheid rond het thema vergroot omdat ze kunnen meedenken, ze zijn mede-eigenaar van het proces dat loopt in de organisatie. Dit enthousiasme kunnen ze meenemen naar de (leef)groep en het thema daar levendig houden. Aangezien jongeren zeer gevoelig zijn aan invloeden van hun leeftijdsgenoten, komt dit de hele groep ten goede.
  • Deelname in de werkgroep werkt sensibiliserend en motiverend: de jongeren krijgen de juiste info door vragen die gesteld worden en door het ‘samen zoeken’ naar hoe rond gezondheid kan gewerkt worden in de organisatie.
  • Het werkt empowerend wanneer kinderen verantwoordelijkheid krijgen voor bv. bepaalde taken binnen een actie die de werkgroep organiseert.

Drempels

  • Sommige kunnen door een beperkte verblijfs- of begeleidingsduur misschien niet heel het proces opvolgen.
  • Het tijdstip waarop de werkgroep plaatsvindt, kan niet binnen school- of werkuren.
  • De aanpak van de werkgroepen moet 'speels' zijn en aanzetten om hun mening te delen in een vergadering waar ook begeleiders, coördinatoren en directie aanwezig zijn. Dit zal niet voor elk kind of ouder even evident zijn. Voor de procesbegeleider is het een uitdaging om hierop in te spelen. Inspiratie is te vinden bij ‘inspirerende praktijken’.

Enkele tips:

Laat betrokkenheid groeien. Voorzie ook flexibiliteit in jullie proces van participatie: geef mensen de mogelijkheid om pauze te nemen in hun participatie en die dan later eventueel te hervatten.

Speel in op de nood aan duidelijkheid en realiteitszin over de verwachtingen. Worden ze bv. gevraagd om mee te beslissen of geven ze louter niet-bindende adviezen? Gaat het om eenmalige participatie of om een structureel ingebedde participatie? Worden hoofd- en bijzaken besproken? Gaat het om de doelstellingen of de uitvoering?

Participatie is geen kwestie van ‘altijd zoveel mogelijk’, maar eerder op de juiste momenten en goed ondersteund. Bekijk welke manier gepast is om jongeren, ouders en bepaalde medewerkers te betrekken bij het gezondheidsbeleid. Sta stil bij wanneer en hoe dit het best gebeurt: van bij het begin of wanneer concrete acties uitgevoerd worden, via deelname aan de werkgroepen of via bewonersvergaderingen, participatieraden, intranet, teamoverleg, …

“Onze jongeren komen vaak uit andere regio’s in Vlaanderen. Dan is het moeilijk om ouders te betrekken. Sommige ouders kan je wel bereiken via Facebook.”
(psychologe, MFC)

Laat een vertrouwd begeleider met wie het klikt hen uitnodigen en/of bevragen. Dit verlaagt de drempel om vooraf zaken te vragen, nadien wat uitleg te geven of nog zaken aan te geven die ze op de bijeenkomst vergaten/niet durfden aankaarten …

Help mensen hun rol te vinden in de groep. Participatie kan op verschillende manieren en plaatsen. Zorg dat iedereen een gepaste manier, plaats en rol vindt. Spreek partners aan die gespecialiseerd zijn in participatie. Heeft Ouders., collega jeugdhulporganisaties of Cachet waardevolle input die jullie werkgroep of andere overlegvormen verbeteren?