Overheid moet kindermarketing aan banden leggen

12.10.2022

In België en in de rest van Europa lijden meer en meer kinderen aan overgewicht. Reclame voor ongezonde voeding blijkt daarin een grote rol te spelen. Om dat probleem aan te pakken, kwam de Hoge Gezondheidsraad (HGR) zonet met een nieuw advies naar buiten. Het Vlaams Instituut Gezond Leven vzw is blij met dit advies en pleit mee voor een striktere regulering door de overheid in plaats van zelfregulatie door de industrie.

Tekenfilmfiguren, striphelden of kidinfluencers: als ze op de verpakking van een voedingsmiddel staan, wordt dat product vaak dubbel zo aantrekkelijk voor kinderen. Zij geloven oprecht dat dat koekje of die ontbijtgranen dan wel lekker moéten zijn, wat hen een makkelijke prooi maakt voor kindermarketing. Ook tijdens de reclame op tv, op sportevenementen of in advertenties op sociale media en in games worden ze met dergelijke vormen van kindermarketing geconfronteerd. Helaas gaat het dan dikwijls over producten die ongezond zijn en die de eetgewoonten van kinderen in negatieve zin beïnvloeden.

Kindermarketing is dus lang niet zo onschuldig als het misschien lijkt. Daarom bracht de HGR zonet een advies uit dat de Belgische overheden oplegt om voedingsreclame gericht op kinderen aan te pakken. De overheid dient dit advies volgens Gezond Leven te vertalen in bindende regels die ook juridisch afdwingbaar zijn.

“Zelfregularisatie werkt niet”

“De voedingsindustrie reguleert momenteel zichzelf, maar schiet daarin tekort”, zegt Jolien Plaete, experte Gezonde Voeding bij het Vlaams Instituut Gezond Leven en betrokken bij de werkgroep die het advies van de HGR uitschreef.

Ze leggen zelf de criteria vast die bepalen of er voor een voedingsmiddel geadverteerd mag worden of niet. En die criteria zijn minder streng dan die van bijvoorbeeld de Wereldgezondheidsorganisatie.

Ook de HGR concludeert dat deze zelfreguleringstechnieken ontoereikend zijn om de blootstelling van kinderen aan ongezonde voedselmarketing te verminderen. Daarom adviseren zij onder meer om gebruik te maken van de onafhankelijke WHO voedingsrichtlijnen om te bepalen voor welke ongezonde voedingsmiddelen marketing naar kinderen moet verboden worden. Ze bevelen o.a. ook aan om plaatsen waar veel kinderen samenkomen, volledig vrij te maken van alle vormen van reclame voor ongezonde voeding, en om marketingtechnieken die gebruik maken van populaire kinderfiguren te verbieden.”

Verkleinen van gezondheidsongelijkheid

Ook het Vlaams Instituut Gezond Leven dringt aan op overheidsregulering, waarbij de federale overheid op basis van het advies van de HGR, samen met een groep van experten, criteria vastlegt die verder kunnen worden toegepast op regionaal en lokaal niveau. Het is bovendien de overheid die sancties moet kunnen vastleggen en toepassen als de vooropgestelde regels worden overtreden. Daarvoor is er ook nood aan monitoring op regelmatige basis.

“Een verbod op kinderreclame in de voedingssector is trouwens niet alleen nodig om overgewicht bij kinderen te bestrijden, het is ook een effectieve maatregel om de gezondheidsongelijkheid te verkleinen. Kwetsbare groepen zijn immers gevoeliger voor voedselmarketing”, aldus Jolien Plaete.

Jolien

“Een verbod op kinderreclame in de voedingssector is trouwens niet alleen nodig om overgewicht bij kinderen te bestrijden, het is ook een effectieve maatregel om de gezondheidsongelijkheid te verkleinen.”

Jolien Plaete

Maar één strategie

Zowel het Vlaams Instituut Gezond Leven, als de HGR, benadrukken dat de regelgeving rond kindermarketing maar één belangrijke strategie is om kinderen en jongeren te helpen om gezonde voedingskeuzes te maken. Ook andere acties zijn nodig, zoals een gezond voedings- en drankenaanbod op school, fiscale maatregelen om gezonde voeding te promoten en een beleid rond etikettering.

Lees meer over het nieuwe advies van de HGR en het standpunt van Gezond Leven op onze duidingspagina over kindermarketing.