Bewegen en minder zitten

Sociale en emotionele ontwikkeling

Lager onderwijs

Derde graad

Eindtermen

OD MM 1.4      De kleuters kunnen in concrete situaties verschillende manieren van omgaan met elkaar herkennen en erover praten.
OD MM 1.5      De kleuters kunnen bij anderen gevoelens van bang, blij, boos en verdrietig zijn herkennen en kunnen meeleven in dit gevoel.
VOET-SV 1.2      De leerlingen kunnen in omgang met anderen respect en waardering opbrengen.

Leerdoelen

Kennis

  • Kinderen begrijpen dat anderen (bv. familie, vrienden, klasgenoten) een invloed uitoefenen op eigen zit- (, rust-) en beweeggedrag in de thuisomgeving, tijdens verplaatsingen, op school en in de vrije tijd. 
  • Kinderen onderzoeken hoe ze zichzelf en anderen kunnen overtuigen om meer te bewegen en minder te zitten.


Vaardigheden en attitudes

  • Kinderen ontwikkelen een kritische houding t.a.v. het lichaamsbeeld van populaire rolmodellen en hun (sport)prestaties.