Standbeelden

Vraag aan de leerlingen om recht te staan en een plaats in te nemen in de klas.

Nodig hen uit om een standbeeld uit te beelden (een stilstaand beeld) en dit tien tellen vol te houden. Tel traag tot tien. Bespreek nadien wat kan helpen om dit vol te houden (vaste blikrichting, stabiel staan, niet kijken naar de anderen, …).

Tip: dat mag eender welk beeld zijn, dit is nog maar een opwarmertje voor het echte werk.

Herhaal dit: de leerlingen kiezen een ander beeld en houden dit nog eens tien tellen vast.

Blije standbeelden

Vraag aan de leerlingen om een standbeeld uit te beelden dat past bij een bepaald gevoel.

Beeld een standbeeld uit waarbij je:

• erg blij bent

• erg moe bent

Geef de leerlingen als tip om te denken over een specifieke situatie waarin ze dit gevoel hadden. Zo lukt het beter om een sprekend standbeeld te zijn!

Museum Trots & Talent

Laat de leerlingen in duo’s werken. Geef hen als opwarmertje de opdracht om volgende dingen uit te beelden:

• een overwinning

• een cadeautje krijgen

• een dansfeest

Nu de duo’s opgewarmd zijn, vertel je hen dat je straks door een museum vol standbeelden gaat wandelen. Het museum heet ‘T&T’. T&T staat voor Trots & Talent. De leerlingen zijn de standbeelden in het museum.

Geef de duo’s de opdracht na te denken over hun T&T: wat is hun gemeenschappelijk talent? Waar zijn ze goed in? Waar zijn ze trots op? Vervolgens denken ze na over hoe ze hun T&T gaan uitbeelden.

Is iedereen klaar? Dan tel je af en wandel je als leraar door het museum. Je vindt de standbeelden zo mooi dat je van elk standbeeld een foto neemt om later aan je klas te tonen.

Foto-album vol standbeelden

Laad de foto’s op, projecteer deze en bespreek na:

• Welke talenten en fiere momenten herken je in de standbeelden?

• Waarom werd net dat talent gekozen?

• Was het moeilijk om hun T&T te vinden?

Tip: druk de foto’s af en geef ze een mooi plaatsje in het lokaal.